Mediamatic Magazine Vol. 1#2 Bert Mebius 1 jan 1986

Bert Mebius

Vergroot

MM1#2 bert m -


paarden, zo' n handafdruk, herten, het bekende werk. Aan het eind van de rondleiding bekende de gids dat wat we gezien hadden maar copieën waren. De originelen bevonden zich elders in het complex en er waren om redenen van conservatie niet te bezichtigen. Bovendien waren ze aangebracht op moeilijk bereikbare plaatsen. Na eerst verbijstering, dan stilte en tenslotte begrip van onze kant en enige verlegen aarzeling van de zijne, besloot hij ons ('U bent ook maar een klein groepje, en zo geïnteresseerd') één echte te laten zien. Hij nam ons mee naar een verre hoek van de immense zaal, waar we een lage, smalle tunnel in gingen. Die was zo smal dat we zijwaarts moesten schuifelen, dan weer zo laag dat we ons diep moesten bukken en oppassen dat we onze rug niet openhaalden aan de zoldering. We kwamen in een kleine ruimte waarin je niet rechtop kon staan. Bij de grond was een soort alkoof waar je op je hurken in kon, en dan nog maar net met vier man, en daar (' Niet zo ver mogelijk weg, maar ergens zo dichtbij mogelijk' , zei Jaja later) stonden in een plat stuk rots bij de vloer, aanvankelijk eventjes moeilijk te onderscheiden van de natuurlijke krassen en scheuren in de steen, de contouren gegrift van twee, hoe heten ze... doet er verder ook niet toe. Maar hieraan – en via Jaja ook aan Kiki en Bebe en aan Lili – moest ik denken toen ik las over je tentoonstelling. En ik herinnerde me dat citaat van Geoffry Madan, waarvan je ooit zei dat het alles te maken had met jouw manier van werken: ' ...waren er voor de gasten geen bellen op de kamers, maar stonden er ' s nachts altijd knechten op de gangen; waar zij met hun pruiken tegen de muur aanleunden zaten witte plekken' . Ik heb je tentoonstelling dan wel niet gezien, maar ik heb me er wel een voorstelling van gemaakt. Bij de deuren die naar de ruimte leiden waar jij je werk hebt, heb je een groot aantal keren met vieze vingers langs de muur en de posten gestreken (of je hebt een schoolklas uitgenodigd om dat gedaan te krijgen; gewoon door ze zich te laten vervelen, deur in deur uit). Het valt eigenlijk niemand op, wat ook niet hoeft, en in de zaal waar je werk zou zijn, hangt een kleine plaquette met dat citaat van Madan, zoals je soms een bordje aantreft met ' Uitgeleend' of ' In Restauratie' . Heb jij ooit wel eens een bordje gezien met ' In Onbruik' ? Een tijd terug was ik met Kiki in het Kröller-Müller, waar ze in de tuin een werk moesten hebben liggen van haar vader, het enige beeld van hem in en Europees museum. Met het routekaartje in de hand gingen we er door de bosjes via de kortste weg op af. Op de aangegeven plek, aan een stille, beschaduwde rand van een groot gazon, troffen we niet de ' uit vijf blokken van verschillende geometrische vormen bestaande sculptuur (' Zwerfkeien' )' aan, maar slechts de afdrukken ervan, vijf gele, verdorde plekken in het voor de rest verzadigd groene gras, prachtig. Onlangs las ik een stuk van Lili van Ginneken (of Janneke Wesseling, daar wil ik van af wezen) over de Deux Plateaux van Daniel Buren in Parij, en over alle commotie daaromtrent. Hevige verontwaardiging bij publiek en authoriteiten, die willen dat het werk wordt afgebroken, en bij Lili van Ginneken (of Janneke Wesseling) die Buren kwalijk neemt dat hij, een politiek geëngageerd kunstenaar toch bij wie de tijdelijkheid van het werk altijd essentieel was en die zich altijd heeft afgezet tegen de ' valse notie van onsterfelijke kunst, van een eeuwig werk', een monument heeft geschapen dat verre van tijdelijk is, een monument voor zichzelf – dat er op de foto trouwens uitziet als de restanten van het huisje van de Boze Heks uit Hans en Grietje, ware dat wat groter geweest. Maar Daniel Buren heeft helemaal geen eeuwig werk geschapen, noch de ideologische strijd met de gevestigde orde, die hij als basis van zijn werk ziet, opgegeven, integendeel. Hij speelt alleen wat hoger spel. Want wil je werk maken dat een waarlijk ontwrichtend karakter heeft ten aanzien van het vertrouwde beeld en de gevestigde orde, werk waarin de tijdelijkheid haar volle kracht kan tonen, dan kun je niet beter doen dan materiaal te gebruiken van een zo groot mogelijke duurzaamheid in een zo gevestigd mogelijke setting. Als je wilt laten zien dat niet beklijft, is het natuurlijk aardiger om monumenten neer te halen van plaggehutten. Buren heeft op al die verontwaardiging en tegenstand gegokt, er op gespeculeerd dat het Léotard c.s. zal lukken de Deux Plateaux met de grond gelijk te krijgen, om daarmee het werk te voltooien en het zo zijn uiteindelijke betekenis te geven. Maar iets an-