Redactie MLNA

In het diepe duiken met een parachute op

In gesprek met Roy Cremers (voordekunst)

voordekunst is in 2009 door de Subsidieregeling Innovatie cultuuruitingen gehonoreerd. Hoe is dit innovatieve project ontstaan? Wat zijn de ervaringen, wanneer waren er opvallende leermomenten? Om deze ervaring en kennis met het veld te delen gaan we kort in gesprek met de projectleider van het project: Roy Cremers.

Voordekunst

Binnen het Amsterdams Fonds voor de Kunst (AFK) is het in de eerste ronde van de innovatieregeling gehonoreerde project voordekunst relatief snel ontwikkeld. Echter, door het wegvallen van de eerste technische partner werd er een gat geslagen in de voortgang van het project. Anderhalf jaar geleden werd er binnen het AFK geconstateerd dat ondernemerschap onder de kunstenaars moest worden gestimuleerd. Roy Cremers: “Dan denk je: dit is raar, waarom is zoiets als voordekunst er nog niet, dat is er toch al? Niet?” Het AFK wilde de kunstenaars iets bieden voor als de geldkraan dichtgedraaid zou worden. “Innovatie is vooruitkijken. Eerst terugkijken, hoe moet het niet en met die basis vooruit kijken.”

Innovatie

Met de vele nieuwe initiatieven en de vele projecten die zichzelf innovatief noemen wordt het steeds lastiger jezelf te onderscheiden. Wat is er volgens Roy innovatief aan voordekunst? “De toepassing die voordekunst gebruikt is vernieuwend, dat is het innovatieve gedeelte. Verder is voordekunst eigenlijk niet echt innovatief. In die zin dat crowdfunding al bestaat, kunstenaars halen al heel lang via fondsen subsidies binnen. Maar zoals het nu gebeurt, is van deze tijd: democratisch en op een transparante manier, dat is het innovatieve aan voordekunst. Zo maakt de kunstenaar het draagvlak voor zijn kunstwerk zichtbaar. Cremers: “Innovatie moet ‘heel logisch’ en vanzelfsprekend zijn. Een innovatief project is een project dat op een nieuwe manier een oplossing biedt, een antwoord geeft op toekomstige vragen en problemen.”

Ontwikkeling

Roy Cremers wordt regelmatig gevraagd om over voordekunst te spreken op symposia. “Innovators in de sector weten van voordekunst, die cirkel trekt hopelijk ook door naar een grotere publiek.” Ook vertelt Cremers dat je daar wel hard aan moet werken. Voordekunst blijkt meer dan een full-time baan te zijn. In de Telegraaf verscheen een artikel over crowdfunding gerelateerde initiatieven zoals de 1% club en TenPages.com en voordekunst werd hierin niet genoemd. Cremers heeft hier adequaat op gereageerd en naar de Telegraaf gebeld om voordekunst ook daar onder de aandacht te brengen. Cremers: “Er gebeurt zo veel op dit moment, dat je overal bovenop moet zitten”. Op vier november is voordekunst officieel gelanceerd, en de eerste projecten zijn al succesvol. De projecten The Miktor & Molf Pool Project en de Analog Beamer (Opening Museumnacht) zijn 100% gefinancierd.

Partnerkeuze

Bij het zoeken naar een partner kijk je normaal eerst in je eigen netwerk. Cremers zag Sellaband (een website waarop mensen kunnen investeren in muziekartiesten) echter op televisie bij een uitzending van het televisieprogramma De Wereld Draait Door. Hierop benaderde hij dit innovatieve Nederlandse bedrijf en pionier op het gebied van crowdfunding. Sellaband zocht op dat moment naar andere sectoren om crowdfunding in toe te passen. Samenwerking ontstond en het project voordekunst kon gestart. Toen Sellaband wegviel, heeft Cremers op een Kom je ook? (Een bijeenkomst over innovatie en participatie in kunst, cultuur en erfgoedeen) oproep voor een technische partner gedaan. Bij de borrel stelden zich drie partijen voor. Tip van Cremers is dan ook om naast je te laten verrassen door nieuwe en onverwachte partners goed te blijven communiceren binnen het eigen netwerk en de eigen sector.

Samenwerking

Voordekunst moet een breed publiek aanspreken. “Daar moet de kunstenaar ook zelf voor zorgen. Wij bieden het podium en zoeken contact met kunstenaars.” Juist de open uitstraling en het betrekken van meerdere partners is belangrijk. Cremers: ”In de opstartfase was samenwerking met andere fondsen/partners niet wenselijk. In vergaderen en afstemmen gaat bijvoorbeeld veel tijd zitten. Dit zou voor vertragingen zorgen”. Om dezelfde reden zijn projectpartners afkomstig uit Amsterdam. Voor de ontwikkeling van voordekunst moest het AFK de samenwerking aangaan met een partner die een technische draagvlak kon bieden. Eerste partner Sellaband ging failliet waarna in Studio Parkers en WebClusive de huidige partners werden gevonden.

Schakelmomenten

De ontwikkeling van voordekunst had het AFK niet zelf gekund volgens Cremers. Een eerste belangrijk moment was het vinden van voormalig partner Sellaband (en later de Studio Parkers en WebClusive) voor de technische realisatie van het project. Een tweede belangrijk moment was de ondersteuning van de innovatieregeling die samen met ondersteuning vanuit het AFK voor de het financiële draagvlak zorgde. Schakelmoment nummer drie was het gesprek met een reclamebureau en aansluitend het testen van voordekunst.nl met mensen uit zowel persoonlijk als werkgerelateerde netwerk. De toegankelijkheid van www.voordekunst.nl werd getest. Cremers: “Het is belangrijk om een gevarieerde groep mensen, ook zonder voorkennis van het project, ook uit het bedrijfsleven en uit verschillende generaties, te betrekken bij het realiseren en testen van je project.”

Leermomenten

Cremers reflecteert op de leermomenten in het project. “Het belangrijkste leermoment is achteraf dat het idee over voordekunst doorontwikkeld had moeten worden toen de samenwerking met Sellaband stopte. We hebben op dat moment het project on-hold gezet en zijn drie maanden kwijtgeraakt. Toen in Studio Parkers en WebClusive een nieuwe partner was gevonden moest er een achterstand ingehaald worden.”

Toekomst

Volgens Cremers is er een verschuiving in mentaliteit bij de nieuwe generatie kunstenaars. Subsidies aanvragen en krijgen is niet meer vanzelfsprekend en kunstenaars en instellingen zijn zich bewust van noodzakelijke zelfredzaamheid. Bovendien is het generatie eigen dat er niet meer negatief gedacht wordt over samenwerking met bedrijfsleven. Als er een landelijk of regionaal, provinciaal fonds zich aansluit bij voordekunst kan het project ook nationaal getrokken worden. Dit is ook zeker het toekomstplan. Wanneer voordekunst in Nederland een succes wordt, dan is het natuurlijk interessant om een soortgelijke site internationaal in te zetten. Dit is er nu al wel in Australië en Amerika, maar nog niet op Europees niveau.

Tip

Het verschil tussen het ontwikkelen van een creatief en conceptueel innovatief project en het uitvoeren daarvan is dat je niet in het diepe kan duiken “zonder parachutes” volgens Cremers. Je organisatie, je technische partners zijn de parachutes. Het vinden van partners die je aanvullen in kennis, ervaring en inzicht is een belangrijke overlevingsstrategie. Verder is volgens Cremers het meest belangrijke: “Volg je gevoel!”

Geen samenwerking te gek...?

Alle projectleiders krijgen de vraag: Als je zou moeten samenwerken met … . Hoe Cremers de samenwerking voor zich met ...een importeur van kooikarpers?
“Het netwerk van deze importeur is natuurlijk erg interessant. Als de cliënten van deze importeur interesse hebben in deze luxe hobby, kunnen zij ook de kunsten een warm hart toedragen.”

Roy Cremers studeerde Kunstgeschiedenis en Communicatie en informatiewetenschappen aan de VU Amsterdam. Hij werkte bij het Stedelijk Museum onder andere op de afdeling persvoorlichting, bij Foam voor galerie Foam Editions en de Paul Huf Award. Sinds 2008 werkt Roy voor het Amsterdams Fonds voor de Kunst.

Zie ook:
http://www.voordekunst.nl
http://www.amsterdamsfondsvoordekunst.nl
http://www.sellaband.com
http://www.tenpages.com
http://www.onepercentclub.com
http://www.makelovenotart.nl/page/25144/nl
http://www.studioparkers.nl
http://www.webclusive.com