Zij laat het landschap zijn sporen tekenen (oa. en Vlieland). Zij doet proeven met alles wat het landschap te bieden heeft: zout, aarde, zand, klei, wier, micro-organismen, was en honing. Zij experimenteert met papier in de golven, met textiel in de bosgrond, met houtskool dat de woeste wind noteert. Zo laat zij het landschap zelf een eiland-oeuvre maken. Zij laat de fenomenen van het eiland - wind, deining, regen, tij en niet-menselijke dieren- ‘tekenen’ op papier, metaal of doek.
