Fatale vrouwen en kunstenaars

Eind negentiende eeuw was het onder mannelijke kunstenaars een echte rage: zij schilderden en schreven massaal over de 'fatale vrouw'.

Die vrouw is zó onweerstaanbaar mooi dat een man zichzelf niet kan beheersen en zich zonder nadenken overgeeft aan zijn lustgevoelens. En dan is het snel met hem gebeurd: als de fatale vrouw klaar met hem is, blijft hij gebroken achter, ziek of zelfs dood.

De kunstenaars hadden dikke pret in het afbeelden van de femme fatale. Je ziet bijvoorbeeld een stelletje vrijen in de branding, waarbij de man langzaam door de vrouw het water wordt ingetrokken. Hij heeft het nog niet door, maar hij zal zeker verdrinken. Of ze tekenden een ridder, die in een moeras door een klein, teer meisje wordt aangeklampt. Ze smeekt hem even bij haar te komen liggen, terwijl de bodem veel te zacht is voor iemand in een zwaar harnas.

De reden voor het schilderen van dit soort voorstellingen, was dat de seksuele moraal erg streng was in de negentiende eeuw. Seks was iets voor in het huwelijk, en over seksueel genot sprak je niet. Ook was het zo dat seks soms behoorlijk gevaarlijk kon zijn. Aan geslachtsziekten als syfilis kon je dood gaan, en condooms waren nog niet algemeen verkrijgbaar. Seks met ongetrouwde vrouwen was daarom niet alleen spannend vanwege het avontuurtje, maar ook vanwege de kans ziek te worden. Flirten met een fatale vrouw was een beetje flirten met de dood.