Mediamatic Magazine vol 3#3 Philip Hayward 1 jan 1989

Young Einstein, MTV Culture Ans Autraliana

De Australische hit-film Young Einstein is volgens philip hayward een post-surrealistische appropriation van motieven uit de pop-video en de geschiedenis van de fysica.

Vergroot

Young Einstein, MTV Culture and Australiana -

De recente opkomst van de Australische cinema, of liever, de plotselinge ontdekking door de internationale filmmarkt van de commerciële waarde van een kleine groep Australische films, regisseurs en sterren, is nu goed gedocumenteerd. Na GEORGE miller’s succes met zijn Mad Afax-serie, had ook PAUL hogan’s Crocodile Dundee een opvallend groot effect op de Amerikaanse markt. Tegen deze achtergrond is de verschijning van een nieuwe Australische acteur-regisseur wiens eerste film een knallend succes is verrassend, maar nauwelijks verbijsterend nieuws te noemen.

De acteur-regisseur waar het hier om gaat is ene greg pead, die zich, om redenen die hemzelf wel het duidelijkst zullen zijn, yahoo serious noemt. Zijn film Young Einstein viel niet alleen op door zijn filmische kwaliteiten, maar ook doordat de vertoning in Australië zelfs de kaartverkoop van Crocodile Dundee overtrof en door het besluit van de Amerikaanse gigant Warner Brothers deze film in hun wereldwijde distributienet op te nemen. Tot zover is het verhaal van deze film commerciëel gezien ongebruikelijk, maar het wordt nog vreemder...

Ondanks de grote verwachtingen van Warner Brothers voor het commerciële succes van Young Einstein op de eigen Amerikaanse ‘jeugdmarkt’, gaat het hier zeker niet om een standaard genre-film die zich volgens voorspelbare lijnen ontwikkelt. Wat de film wel is, en waar hij ook al mee is vergeleken, is een voorbeeld van een zich bruisend ontwikkelend komisch postsurrealis- tisch genre, met als pioniers Pee Wee’s Playhouse, de vrucht van de samenwerking van PAUL RUBIN en tim burton, Pee Wee’s Big Adventure en burton’s eigen Beetlejuice.' De uitvoering en de verwijzingen van de film combineren een jeugdige, quasi-anarchistische oneerbiedigheid en bizarre hoofdrollen met een vastbesloten anti- naturalisme, zelfreflexiviteit en narratieve zwenkingen en ellipsen, die karakteristiek zijn voor een opvallende ontwikkeling in de film van de late jaren tachtig.

Plot

Een korte beschrijving van het plot kan iets duidelijk maken over de sfeer van de film. Volgens het scenario wordt EINSTEIN geboren op het platteland van het negen- tiende-eeuwse Tasmanië en groeit hij op in een weelderig pastoraal landschap, stampvol volgzame schapen, vriendelijke kangaroes en een plunderende, Gremlin-achtige Tas- maanse Duivel'. Na door zijn vader via een alcoholische rite-de-passage in de wereld van de volwassenen te zijn ingewijd, hoort hij voor het eerst over de speurtocht van de familie naar een mystieke alchemische formule waarmee je prik in bier kunt doen. De ontdekker hiervan zou stinkend rijk kunnen worden. Dankzij zijn briljante intellect en zijn onmogelijkheid zich de minder positieve aspecten van het nucleaire tijdperk voor te stellen (eigenschappen die hij met de echte Einstein deelt), splijt onze held uiteindelijk het bieratoom en maakt zo het verlangde elixer - tegelijkertijd resulteert dit ook in de explosieve vernietiging van zijn laboratorium en een onverwachte duik dwars door het dak van het ouderlijk huis.

Na vele avonturen van het hoofdpersonage - het doorkruisen van de Tasmaanse laagvlakten en de wijdse Australische continentale landmassa, de ontmoeting met de jonge marie CURIE en de hierop volgende overgave aan de romantiek, het beroofd worden van zijn idee door een fatsige Engelsman zonder scrupules (een favoriet personage van de Australische comedy) en tenslotte een reis naar Parijs - grijpt het einde van de film terug op michael zemecki’s Back to the Future. De jonge EINSTEIN maakt de energie die vrijkomt uit een gevaarlijk onstabiele atoombier-machine onschadelijk (en redt Parijs), door het apparaat te verbinden met een prototype van de elec- trische gitaar. Zo ontdekt hij Rock 'n Roll en wint hij de liefde van curie.

Zoals wel blijkt uit de korte beschrijving van het plot, vervalt het einde van de film tot de cliché van de jeugdfilm. Maar afgezien hiervan, en de algemene mislukking van de films pogingen de videoclipformule te integreren in het lineair vertelde verhaal, is Young Einstein vooral opvallend vanwege de eclectische bricolage van kunstgrepen, referenties en invloeden, die allemaal al briljant naar voren komen in de Tasmaanse openingssequentie.

Volgens peads relaas is het idee voor Young Einstein geïnspireerd op een T-shirt- ontwerp waarop EINSTEIN zijn tong uitsteekt, waar peads blik op viel toen hij met een boot de Amazone afzakte. Dit incident mag dan ook zo belangrijk zijn geweest, de film heeft toch ook duidelijk andere stilistische voorgangers, zowel in clips als landscape’s Einstein-A-Gogo en falco’s Rock Me Amadeus, als in de pastiche-geschiede- nis van greenaways The Draughtman's Contract, terry gilliams Time Bandits, of (vooral belangrijk voor Young Einstein) de veel minder voorname cawp-uitspatting van de kostuumfilm naar jules verne’s boek Reis om de wereld in tachtig dagen.

Jeugdcultuur

Dat de film op grote schaal gebruik maakt van technieken uit video-clips, spiegelt de algemene populariteit van de vormentaal van de muziekvideo in de Australische (jeugd-) cultuur. Deze populariteit is op haar beurt, in ieder geval gedeeltelijk, weer een afspiegeling van een bijzondere geografische en logistieke determinant van de populaire cultuur van Australië, waar video een grote rol speelt in de openbaring van groepen en artiesten aan een bevolking die zelden de kans krijgt de populaire Westerse optredens live mee te maken, of ze in ieder geval nooit meemaakt bij hun doorbraak, op het hoogtepunt van hun populariteit. Maar misschien is het nog wel belang- rijker dat het lenen van popvideo-sequenties en de toepassing van c/;/>-technieken in de film ook een weerkaatsing is van het belang van de eigen Australische muziek op de vestiging van een Australische media-identiteit voor een jong Australië dat zichzelf defi- niëert via modellen die eerder zijn afgeleid van de westerse rock-cultuur, dan van de Australische soaps.' Het invoegen van veelbelovende rock tracks als icehouse’s Great Southern Land en andere bijdragen van populaire Australische acts, zoals mental as anything en THE MODELS is daarom een bewuste poging de fantastische pastiche van de Young Einsteins filmtekst binnen een werkelijke cultuur en een nationale context te plaatsen, om zo te bewijzen dat Australië een openhartig gearticuleerd fiktioneel pro- dukt kan voortbrengen.

Het is daarom bijzonder ongelukkig dat de grootste fout van de film de vreemde poging is, popvideo-sequenties in het verhaal op te nemen. Het schrijnendste voorbeeld hiervan is de sequentie die opgenomen is op het Great Southern Land. In plaats van erin te slagen via een episch gebruik van de beelden en in samenhang met de woorden van de song de uitgestrektheid van het Australische continent over te brengen, is deze sequentie doorsneden met cliché’s en lijkt hij op (of refereert hij aan) ultra vox’ duidelijk als pastiche gearticuleerde video bij de Great Adventure-single. Als het de bedoeling was geweest een kritische relatie tussen beeld en geluid te bewerkstelligen (zoals bijvoorbeeld de gewelddadige beelden in Good Morning Vietnam van barry levinson dat doen met Louis Armstrongs lied Wh at a Wonderful World) zou dit een effectieve strategie zijn geweest. Maar zoals het er nu voor staat doet het onaangenaam aan naast de algemene fijngevoeligheid van de film en heeft de regisseur een verkeerde beslissing gemaakt.

Al gaat er onder peads regie dan af en toe iets mis, toch ligt de kracht van de film zonder twijfel bij de auteur, wiens centrale personage yahoo serious/young ein- STEIN voortdurend de aandacht vasthoudt. Volgens eigen zeggen plaatst hij zichzelf bewust in de traditie van de komische acteren- de-regisserende auteurs als BUSTER KEATON, JACQUES TATI en WOODY ALLEN. In de lijn van deze traditie is er dan ook een verwarring van rollen, waardoor de persoonlijkheid van de auteur en van het personage op het doek lijken samen te vallen. Maar ondanks deze zelfbewuste keuze voor keaton als voorganger en voorbeeld, hebben de slapstick-sü\\ en veel van de visuele grappen van einstein/serious meer te maken met de klassieke tekenfilms van TEX AVERY, Tom and Jerry en met Roadrun- ner, dan met de zwijgende film of recentere auteur-filmkomedies. Er zijn zelfs opvallende paralellen tussen de manier waarop de klassieke (en ongelooflijk extravagante)
BUGS BUNNY tekenfilm What’s Opera Doe? zijn onderwerp (de opera’s van wagner) behandelt, en hoe Young Einstein de geschiedenis van de kernfysica herschrijft. Het is daarom niet verrassend dat de visuele stijl van Young Einstein doet denken aan voormalig DiSNEY-tekenaar TIM burton, en dat de humor en spontaniteit ervan herinneringen oproepen aan het werk van een andere ex-tekenfilmregisseur frank tash- lin (verantwoordelijk voor onder andere The Girl Can’t Help it en Will Success Spoil Rock Hunter?)

Ondanks de onevenwichtigheid van de film die het gevolg is van de vele vreemde draaien in het verhaal, doet de grote energie achter het optreden van SERIOUS vermoeden dat het hier om meer gaat dan een eenmalig succes. Boven peads hoofd hangt nu de vraag of hij het personage yahoo SE- rious/young einstein voldoende kan ontwikkelen en genoeg interesse weet op te wekken om een hele YOUNG ElNSTEiN-se- rie te kunnen maken, of dat hij een nieuwe context voor een optreden van zijn personage kan verzinnen, of anders een heel nieuw komisch personage kan ontwerpen dat weer in zal slaan (het probleem waar ook PAUL reuben op dit moment voor staat).

Zelfs wanneer, behalve de openingssequentie, de film niet zo fris en origineel is als TIM burton’s laatste filmpogingen, of wanneer het YAHOO SERIOUS personage uiteindelijk de maniakale vrolijke perversiteit van pee wee Herman blijkt te missen, verdient de film toch aandacht te krijgen als een betekenisvolle bijdrage aan het zich ontwikkelende genre dat in de inleiding is beschreven, en het is ook, samen met DAVID byrne’s True Stories, een niet onberispelijke, maar wel belangrijke poging een verband te vinden tussen de formele karakteristieken va de huidige popvideo en de speelfilm.

vertaling Anna Abrahams