Report! Anders Denken Anders Doen #4

Aan welke eisen moet een schoolgebouw voldoen volgens ouders en andere gebruikers? Een ontwerpsessie met de te verbouwen school De Springplank als onderwerp.

Het beste schoolgebouw van Amsterdam

Waar ontstaan de geniale ideeën voor een schoolgebouw: achter de tekentafel of op het schoolplein en in de klas? Met andere woorden, in hoeverre moet je de gebruiker betrekken bij het ontwerp van het beste schoolgebouw? Daar gaat het donderdag 29 september over in Anders denken, anders doen. In de zaal zitten onder anderen leerkrachten, architecten, schoolbestuurders en –directeuren, ouders en ambtenaren; met deze mensen wordt het proces rondom De Springplank in Amsterdam West, een basisschool in herontwikkeling, eens nader bekeken.

Anders denken, anders doen Film: Ronald Wiggers, Project- en adviesbureau SPA

“Het basisidee voor een school moet goed zijn,” zegt de architect die betrokken was bij de nieuwbouw van het Ignatiusgymnasium. “Vervolgens kun je gaan schaven en het plan mee laten groeien met de ontwikkelingen die gaande zijn.” Te vaak worden gebouwen niet zoals van tevoren werd gedacht (of gehoopt). Om financiën te drukken worden essentiële benodigdheden geschrapt, waar men later spijt van krijgt. Het proces van de nieuwbouw van het Ignatius heeft wel tien jaar geduurd.

Godfried Lambriex, portefeuillehouder in stadsdeel West, pleit ervoor de beste (brede) scholen in West te creëren. Hoe nauw is hij betrokken bij de ontwikkeling van een school, vraagt voorzitter Ruben Maes hem. “Het doel is dat goede schoolgebouwen worden gebouwd, men moet samen bedenken wat nodig is. Ik ben er om de randvoorwaarden te scheppen en het proces te begeleiden.” Ook benadrukt hij dat de normbedragen te laag zijn om een goede school te bouwen en dat het benodigde geld vaak lastig bij elkaar te krijgen is.

Susan Bromm van Project- en adviesbureau SPA (gemeente Amsterdam) deed samen met Het Parool onderzoek naar het beste schoolgebouw van Amsterdam, naar aanleiding van een landelijk onderzoek van het Atelier Rijksbouwmeester. SPA verspreidde een digitale enquête onder alle basisscholen in Amsterdam. Tot haar verrassing bleken de nieuwbouwscholen, vaak brede scholen met een prachtig pand, het af te leggen tegen de oudbouw. “Ouders bleken de basisbehoeften als luchtkwaliteit, ruimte in de school, een groot en veilig speelplein en hygiëne belangrijker te vinden dan een prachtige nieuwbouw met meerdere functies in één pand, waar vierkante meters voor onderwijs vaak naar de gemeenschappelijke ruimtes gaan.” Het filmpje met de meningen van ouders en personeel van de 5e Montessori, De Notenkraker en De Springplank illustreert dit treffend. Het gebouw van de Notenkraker is prachtig, maar te weinig ruimte voor de schoolfuncties en bovendien blijkt bij oplevering de trap aan de voorzijde - een architectonisch hoogstandje - glad en daardoor gevaarlijk.

Hoe voorkom je ontevredenheid na een intensief bouwproces? Volgens Marco van Zandwijk van ServiceCentrum Scholenbouw en adviseur van het Atelier Rijksbouwmeester voldoet 80% van de scholen niet. De kennis van een bouwproces is versnipperd, de betrokkenen maken een dergelijk (complex) proces vaak maar één keer mee. De betrokken locatiedirecteuren zijn vaak enorm sociaal betrokken, maar missen voldoende kennis over de procedures. Van Zandwijk noemt het professionaliseren van de opdrachtgever als een punt waar winst valt te behalen. Hij komt met een hulpmiddel: de vernieuwde Scholenbouwwaaier. Deze waaier geeft handvatten om eisen en wensen helder te krijgen en bovendien zorgt het dat alle facetten in een vroeg stadium voorbijkomen. Hierdoor wordt de visie concreet en kan men de behoeften waar het gebouw in moet voorzien in kaart brengen.

Marie-José Karskens, directrice van De Springplank, is opdrachtgever voor de herontwikkeling van de school. De huidige gebruikers zijn eigenlijk erg tevreden over het gebouw. Wel wordt het gebouw straks gedeeld met andere voorzieningen. Karskens beseft goed dat in een gedeeld pand goede afspraken tussen de gebruikers essentieel zijn en niet ten koste moet gaan van de school. "Dat is een open deur. Maar je moet er ook voor zorgen dat bepaalde ruimtes niet twaalf weken per jaar leeg staan." De directie en het team hebben samen een plan van eisen opgesteld en de tijd is nu gekomen dat een architect wordt gezocht. Daarna komen de ouders in beeld. "Maar ouders willen toch al eerder in het proces vragen stellen en zich ermee bemoeien?" vraagt iemand uit de zaal. Dat beaamt Karskens, echter stelt zij dat ouders en kinderen passanten zijn en vooral de wensen van team en directie in eerste instantie leidend zijn. Met Ruben formuleert zij de vraag hoe en wanneer ouders te betrekken in het bouwproces enerzijds en welke mogelijkheden men ziet (aan de hand van een plattegrond) in het gebouw anderzijds.

Na een uur intensief overleg en ontwerp komen onder andere de volgende tips naar voren:
• Maak gebruik van ITS-keurmerk, het internationaal toegankelijkheidssymbool, waarbij men meekijkt in het proces om toegankelijkheid te waarborgen, ook voor kinderen met beperkingen.
• Coördinatie: laat twee gebruikers met de architect spreken namens de ouders en leerkrachten.
• Proces: een roep vanuit de schoolbesturen: stadsdeel, wees helder over visie en budget.
• Halen en brengen: wat kan de buurt betekenen voor de school?
• Ga niet alleen uit van de wensen en behoeften die gebruikers hebben, maar vraag hen ook wat zij zelf kunnen brengen. Ruben vult aan: Wellicht is zelfs een digitale Simcity ideaal om ideeën te inventariseren. Open source denken is helemaal 2011.
• Kijk bij andere sportieve scholen wat hun plus- en minpunten zijn en beslis wat kan werken voor de Springplank.
• Zet vooraf voldoende middelen vast voor de inrichting van het pand.
• Bij gedeeld opdrachtgeverschap is het belangrijk het beheer voorafgaand aan de bouw vast te stellen. Bij de meeste multifunctionele panden ontstaan daarbij problemen.
• Onderhoud goede relaties met medegebruikers van het pand, ook bij wisselingen in management.
• Houd in de gaten dat de oorspronkelijke plannen meegaan in de tijd, zodat het gebouw bij oplevering niet meteen ouderwets is.
• Laat de school een verlengde zijn van de buurt en neem andersom de routes van en naar de school mee in het ontwerp. Ook het schoolplein aan de voorzijde van de de school. Neem de buitenruimte mee in de opgave. Denk aan ‘kiss and ride’ en verkeersveiligheid.

Ook zijn er veel ideeën voor het pand:
• De school heeft een hart nodig, welke gecreëerd kan worden door de aula te verplaatsen. Hierdoor ontstaan compartimenten welke door verschillende gebruikers afzonderlijk af te sluiten zijn.
• De entree moet een ontmoetingsruimte worden.
• Zorg voor ramen die open kunnen.
• Ga mee in de moderne tijd: draadloze ICT e.d.
• Let bij het kiezen van verwarming en alarmsystemen op de mogelijkheid om dat in verschillende delen van het pand afzonderlijk aan en uit te kunnen zetten.

Karskens en een van de bestuurders noteren alle plannen en ideeën. "Het geeft ons een bevestiging dat we al goed op weg zijn." Haar grootste wens: dat het gebouw duidelijk de uitstraling van een school heeft.

Informatie over het gebruikersonderzoek Het beste schoolgebouw van Amsterdam is te vinden op http://www.amsterdam.nl/spa.
Voor de scholenbouwwaaier: zie http://www.scholenbouwwaaier.nl. Het Servicecentrum Scholenbouw houdt regionale bijeenkomsten waarin de scholenbouwwaaier wordt gepresenteerd en gratis te verkrijgen is. Zie voor data en aanmelden http://www.scsb.nl
Het filmpje is te zien via http://www.maatschappelijkvastgoed.amsterdam.nl